Onderhoud kapitaalgoederen

Onderhoud kapitaalgoederen

Terug naar navigatie - Onderhoud kapitaalgoederen

Algemeen
De openbare ruimte is één van de pijlers van onze samenleving met een groot maatschappelijk rendement. Een goed functionerende openbare ruimte draagt bij aan actuele thema’s zoals sociale samenhang, veiligheid, gezondheid, mobiliteit en bereikbaarheid, leefbaarheid en vastgoedwaarde. Hiervoor is het wel van belang dat de openbare ruimte goed wordt beheerd.

De belangrijkste kapitaalgoederen hebben betrekking op wegen, riolering, water, groen en gebouwen. Al deze kapitaalgoederen vergen onderhoud en moeten in de exploitatie worden opgenomen. Deze paragraaf biedt inzicht in de beleidskaders voor de instandhouding van de kapitaalgoederen en de financiële consequenties daarvan. Er is bij de hierna genoemde onderdelen geen sprake van achterstallig onderhoud. Het onderhoud van de kapitaalgoederen wordt, mits mogelijk, ook zoveel mogelijk in samenhang met de diverse projecten uitgevoerd in integrale projecten.

 Wegen, straten en pleinen
De gemeente is als wegbeheerder op grond van de Wegenwet verantwoordelijk voor onderhoud en beheer van gemeentelijke wegen, die op de wegenlegger als openbare weg zijn aangegeven. Onder de weg worden in dit kader ook verstaan de aanliggende bermen, sloten, zandwegen en kunstwerken zoals bruggen, tunnels en duikers. Zo verplicht de Wegenwet de gemeente tot het uitvoeren van regelmatig en duurzaam onderhoud van de openbare verharding. Tevens is de gemeente, conform het Burgerlijk Wetboek, aansprakelijk bij schade van de burger, als de gemeente heeft verzuimd zorg te dragen voor het in goede staat verkeren van de openbare weg.
Het onderhoud van wegen, straten en pleinen wordt uitgevoerd conform het wegenbeheerplan 2020-2024 gemeente Bladel. De gemeente Bladel hecht belang aan een goed functionerend wegennet en de instandhouding hiervan, echter niet tegen alle kosten. Op het gebied van wegbeheer streeft de gemeente Bladel naar een gezonde balans in kwaliteit en kosten met de focus op functionaliteit, duurzaamheid en veiligheid. Uitgangspunt van het beheerplan wegen is een planmatig beheer van de infrastructurele voorzieningen op het door uw raad vastgestelde niveau 6-. Op basis van de opgestelde meerjarenplanning en overige kosten, zoals werken voor derden, stortrechten en landmeetkundige werkzaamheden worden de werkzaamheden uitgevoerd. Door middel van rationeel wegbeheer vinden de nodige reparaties van de bestaande verhardingen plaats om schade en aansprakelijkheid te voorkomen. Voor het regulier onderhoud wegen is er een structureel budget beschikbaar van € 617.000,- (exclusief ambtelijke kosten en kapitaallasten) en voor verkeersregelingen € 143.000,-.
Omdat het wegbeheer erg afhankelijk is van fysieke invloeden van buitenaf (herinrichtingen, omleidingen, vorstschade, verkeersbelasting etc.) wordt de benodigde storting voor het meerjarig onderhoud telkens berekend voor een periode van vijf jaar. Na elke begrotingscyclus wordt de volgende geactualiseerde jaarschijf uit het beheerplan wegen toegevoegd en de nieuwe gemiddelde storting voor de komende vijf jaren (her)-berekend. Op deze wijze wordt het wegbeheer jaarlijks geactualiseerd. Ook kan beter worden ingesprongen op tussentijdse invloeden van buitenaf en combinaties met andere werkzaamheden (riolering, herinrichtingen e.d.). In de werkplannen voor de komende jaren wordt telkens kritisch bezien welke groot onderhoud maatregelen noodzakelijk/gewenst zijn. In de meerjarenraming 2021-2024 is een structureel budget beschikbaar van € 407.000,- (o.b.v. het geactualiseerd wegbeheerplan) voor het groot onderhoud van wegen, straten en pleinen. Dit budget is toereikend ter voorkoming van achterstallig onderhoud.
Met gepland groot onderhoud (GGO) wordt een stap verder gegaan. Wanneer wegen “op” zijn en er met reparaties weinig eer meer valt te behalen, wordt de weg uit de (reparatie) planning gehaald en ingedeeld bij Gepland Groot Onderhoud planning (rehabilitatie). Bij deze planning wordt een voortschrijdende doorkijk gemaakt van 10 jaar. Er wordt in zo’n geval bekeken of de weg in zijn geheel kan worden aangepakt. De oorzaak dat de weg in een dergelijke situatie terecht is gekomen, ligt vaak in een slechte ondergrond waardoor er verzakkingen of diepe sleuven optreden. Door de weg er in zijn geheel uit te nemen en de onderliggende constructie te verbeteren (verzwaren) kan de weg er weer jaren (zonder reparaties) tegen. Ook biedt dit gelegenheid om bijvoorbeeld kleine inrichtingen en aanpassingen mogelijk te maken of verkeersmaatregelen in te passen. Ook wordt dan indien noodzakelijk het riool vernieuwd. Voor gepland groot onderhoud is in het meerjarenprogramma 2022-2025 een jaarlijks investeringskrediet van gemiddeld € 1.375.000,- beschikbaar. In 2022 zal vanuit het investeringskrediet financieel bijgedragen worden aan de reconstructiewerkzaamheden in combinatie met de klimaatmaatregelen in de Hoofdstraat, Ten Eiken, Torenstraat en gedeeltelijk Den Bogerd in Hoogeloon. Tevens wordt er vanuit dit investeringskrediet financieel bijgedragen aan de reconstructie van de Hemelrijken/Kerkstraat in Casteren, De Hoeve in Netersel en aan de onderhoudswerkzaamheden aan de voet- en fietspaden in de Europalaan en Helleneind te Bladel.

 Openbare verlichting 
Onderhoud van de openbare verlichting geschiedt op basis van het Beleidsplan en het bijbehorende beheerplan Openbare Verlichting. In de gemeente Bladel is het beheer en onderhoud per 1 februari 2017 voor een periode van (maximaal) 10 jaar aanbesteed middels een geïntegreerd contract. De geactualiseerde budgetten zijn voldoende om het in stand houden, beheren en onderhouden naar behoren te kunnen uitvoeren. Voor het regulier onderhoud openbare verlichting is er een structureel budget beschikbaar van € 195.000,- (exclusief ambtelijke kosten en kapitaallasten). De werkelijke kosten bedroegen in 2021 € 256.000,-.  In de meerjarenraming zijn op basis van het beheerplan tevens jaarlijkse kredieten voor vervangingen opgenomen van gemiddeld € 122.000,- per jaar.

 Waterlossingen 
Voor het onderhoud aan waterlossingen en sloten is een berm- en slootbeheerplan vastgesteld. De op basis van dit plan benodigde onderhoudskosten ad € 90.000,- zijn opgenomen in de meerjarenraming. De werkzaamheden worden op basis van een contract uitgevoerd door KempenPlus. In 2021 is planmatig onderhoud uitgevoerd voor een totaalbedrag van € 108.000,-.

 Openbaar groen
In de raadsvergadering van 6 j
uli 2017 is het groenstructuurplan 2018 – 2027 vastgesteld. Op basis van de vastgestelde Groenvisie en het groenbeheerplan wordt onderscheid gemaakt in:

  • Kosten van regulier (jaarlijks) onderhoud en structurele vervangingen/ombouw van openbaar groen: hiervoor zijn in de meerjarenraming exploitatiebudgetten opgenomen tot een bedrag van circa € 1.090.000,- (exclusief ambtelijke kosten en kapitaallasten). In 2021 is planmatig onderhoud uitgevoerd voor een totaalbedrag van € 1.136.000,-.
  • Kosten van eenmalige renovaties openbaar groen: hiervoor wordt in het meerjarenprogramma per jaar een krediet van € 110.000,- opgenomen.

Onderhoud van openbaar groen geschiedt op basis van een beeldkwaliteitsbestek. Daarbij zijn KempenPlus en de gemeente een contract overeengekomen waarbij de uitvoering van de groenvoorziening gedurende een periode van vijf jaar (op basis van alleenrecht) onderhouden moet worden. Het contract is voor 2 jaar verlengd op basis van alleenrecht. Het contract wordt nog 1 keer voor een jaar verlengd tot 2022.

 Riolering 
De aanleg en het beheer van riolering is een gemeentelijke taak die zijn wettelijke basis vindt in de Wet Milieubeheer (Wm). Op grond van artikel 4.22 van de Wm is een gemeente verplicht een Gemeentelijk RioleringsPlan GRP (een beleidsmatig en strategisch plan voor d
e aanleg en het beheer van de gemeentelijke riolering) op te stellen. Op 17 december 2020 is het nieuwe Gemeentelijk Rioleringsplan 2021 - 2025 vastgesteld door de gemeenteraad. Het GRP is een beleidsplan dat op hoofdlijnen de invulling van de gemeentelijke watertaken weergeeft. Door middel van het GRP legt de gemeente vast wat zij willen bereiken en wat de rol van burgers en bedrijven is ten aanzien van afval-hemel-, en grondwater.
Het GRP vervult hiermee vier hoofdfuncties:

  1.  Kader gemeentelijke zorgplicht: overzicht beleidskeuzes ten aanzien van stedelijke afvalwater, hemelwater en grondwater voor inwoners, bedrijven en waterpartners;
  2.  Interne afstemming: met andere vakdisciplines binnen de gemeentelijke organisatie en als onderbouwing voor de rioolheffing;
  3.  Externe afstemming: met Waterschap De Dommel, Provincie Noord-Brabant en de gemeenten in het samenwerkingsverband Waterportaal Zuid-Oost Brabant, zodat het beleid van betrokken overheden is afgestemd;
  4. Continuïteit en voortgangsbewaking: vanwege de relatief lange levensduur van stedelijke watervoorzieningen is een lange termijn aanpak essentieel (begroting en evaluatie). Om tussentijds te kunnen (bij)sturen wordt het beleid halverwege de planperiode geëvalueerd en worden jaarlijkse operationele uitvoeringsprogramma’s bijgesteld.

Rekening houdend met het klimaatscenario 2050 zijn voor de grondwaterzorgplicht preventief een aantal acties in gang gezet. Met een gebiedsgerichte aanpak bij herinrichtingsplannen willen we toegroeien tot een klimaatbestendig Bladel 2050. Het gaat hier vooral om het tegen gaan van opwarming, wateroverlast en verdroging in zowel bebouwde omgeving om het inzicht in het grondwaterbeheer binnen de gemeente te vergroten. Daarbij is de nadruk komen te liggen op onderzoek en verbreden van kennis. Samen met het Waterschap en Brabant Water wordt het grondwatermeetnet opnieuw ingericht om op potentiële locaties waar wateroverlast of droogte kan optreden beter inzichtelijk wordt gemaakt.
Voor de hemelwaterzorgplicht is een zogenoemd “blauwe-ader-plan” opgesteld om voor de hele gemeente inzichtelijk te hebben waar eventueel af te koppelen regenwater naar toe kan worden afgevoerd (infiltreren, nieuwe regenwaterriolering etc.). In het plan is tevens aandacht voor eventuele knelpunten en risico’s bij afkoppelen. Zodoende wordt een robuust hemelwatersysteem ontworpen om in de toekomst hemelwater vanaf verharde oppervlakken af te voeren In 2022 zal vanuit het investeringskrediet financieel bijgedragen worden aan de klimaatmaatregelen fase 2 in de Hoofdstraat, Ten Eiken, Torenstraat en gedeeltelijk Den Bogerd in Hoogeloon. Tevens wordt er vanuit dit investeringskrediet financieel bijgedragen aan de reconstructie van de Hemelrijken/Kerkstraat in Casteren, De Hoeve in Netersel.
In combinatie met de reguliere onderhouds-vervangingsmaatregelen streven we ernaar om het rioleringssysteem en bijbehorende openbare ruimte zoveel mogelijk klimaatbestendig in te richten. Het gaat dan om het zichtbaar maken van water, het verhogen van de belevingswaarde en integratie van water en groen. Ook wordt gelijktijdig met het vervangen van het oude gemengde riolering en gescheiden riolering aangelegd. Het regenwater zal indien mogelijk uitgevoerd worden als een infiltratieriool om zodoende het grondwater aan te vullen. Er zal zoveel als mogelijk ook private verhardingen (voorzijde woningen) hierop aangesloten worden. Ook zal het regenwaterriool dienen als blauwe ader om het overtollige hemelwater af te voeren naar klimaatbuffers en/of oppervlaktewater.
In 2022 wordt ook samen met waterschap De Dommel gekeken hoe we rijksbijdrage vanuit het Deltaprogramma Ruimtelijk Adaptatie (DPRA) gezamenlijk kunnen gaan inzetten voor het aanleggen van klimaatbuffers op bedrijventerrein De Sleutel en De Beemd (Groene Long) in Bladel.

De gemeente heeft de ambitie uitgesproken om een actieve rol te gaan innemen met betrekking tot communicatie en burgerparticipatie. In 2021 is hiervoor de website Blauwgroen Bladel live is gegaan. De website Blauwgroen Bladel is opgezet om samen met inwoners samen met inwoners te werken aan een klimaatbestendig Bladel. Het doel van de website is tweeledig. Op de website worden inwoners geïnformeerd over klimaatadaptatie. Daarnaast worden inwoners gestimuleerd om klimaatadaptieve maatregelen te nemen.

We willen inwoners bewust maken dat het klimaat verandert. Hevige regenbuien of extreme droogte hebben veel effect op ons woon- en leefklimaat. De gemeente Bladel zorgt ervoor dat de gemeente klaar is om hier ook in de toekomst fijn te wonen en leven. Maar de gemeente kan dit niet alleen. 75% Van de grond is in handen van inwoners.
De acties die worden gedaan via de website Blauwgroen Bladel zullen gaan over het tegengaan van droogte, wateroverlast en hittestress. In het GRP is de wateropgave geborgd. De restopgave is opgenomen in de kadernota klimaatadaptatie.
Samen met bewoners en bedrijven, maar ook o.a. ontwikkelaars en bouwondernemingen kunnen en moeten we de leefomgeving verbeteren door bijvoorbeeld hemelwater op eigen terrein te bergen, daken te vergroenen, tegels uit de tuin te halen en water in de straat/wijk vast te houden. De komst van de Omgevingswet stimuleert en faciliteert dit proces van samenwerking. We streven naar een open aanpak, gaan in dialoog met inwoners en ondernemers en verstrekken informatie om het bewustzijn te vergroten.

De dekking van de rioleringszorg verloopt via de rioolheffing, waarbij het beleidsuitgangspunt geldt van volledige kostendekkendheid (hiervoor wordt verwezen naar de paragraaf lokale heffingen).

 Gemeentelijke gebouwen
Elk jaar wordt naast dagelijks / correctief onderhoud ook preventief (groot) onderhoud gepleegd aan de gemeentelijke gebouwen. Hierbij is het Duurzaam Meerjarenonderhoudsplan (DMJOP) gemeentelijke gebouwen leidend. Uitgangspunt van het beheer van de gebouwen en de daarbij behorende buitenruimten zijn/blijven soberheid maar doelmatigheid. Het beheerplan geeft een doorkijk naar de geprognosticeerde onderhoudskosten voor een periode van 25 jaar. Vanuit deze doorkijk zijn onder andere strategische beslis-punten te genereren (renovatie – verkoop – sloop e.d.).

Het actualiseren van het DMJOP is een jaarlijks voortschrijdend proces. Met ingang van 1 januari 2021 is met Antea Group een raamovereenkomst afgesloten voor de uitvoering van de actualisatie van het DMJOP. Deze overeenkomst eindigt op 31 december 2024. Jaarlijks volgt er een deelopdracht, ter continuering van deze raamovereenkomst, met een maximum van 4 deelopdrachten (zijnde de duur van deze raamovereenkomst).

Door de complexiteit ten aanzien van de verduurzaming (maatwerk)vraagstukken van gemeentelijke gebouwen, is het inzetten van specialistische, specifieke kennis (adviseurs) een jaarlijks voortschrijdend proces geworden. Met ingang 5 november 2021 is met PVM Eindhoven BV een raamovereenkomst afgesloten, voor de levering van adviesdiensten als onderhoudsadviseur gebouwen. De looptijd van deze overkomst is voor de duur van 2 jaar, met aansluitend hierop 2 verlengopties van beide 1 jaar. 

De laatste aanpassingen van de dotaties aan de onderhoudsvoorzieningen gemeentelijke gebouwen hebben plaatsgevonden bij de perspectiefnota 2021 waarbij tevens een aantal kredieten zijn bijgesteld en nieuwe kredieten beschikbaar zijn gesteld voor de verduurzaming en vervanging van technische installaties van een aantal gemeentelijke gebouwen. Bij de najaarsnota 2021 zijn een aantal preventieve (groot) onderhoudswerken en een aantal kredieten wederom bijgesteld op basis van de resultaten van de aanbesteding, nadere prioritering qua jaar van uitvoering en/of bijstelling van ambities op het gebied van verduurzaming. Door de nasleep van de Covid-19 crisis hebben voorbereidingen, aanbestedingen, schaarste van (basis)materialen (met als gevolg verlate leveringen), uitval en een te kort aan personeel, invloed gehad op planningen van projecten / uitvoering van werkzaamheden, waardoor deze (wederom) de nodige vertraging hebben opgelopen. Daarnaast hebben de extra werkzaamheden rondom de renovatie en transformatie, inclusief de bouwkundige en installatietechnische voorbereidingen, van (fusie) korfbal locatie in Hapert en de renovatie en transformatie, inclusief de bouwkundige en installatietechnische voorbereidingen van voetbal locatie in Casteren, het afgelopen jaar voor extra inzet gevraagd.
Ondanks de opgelopen vertragingen is het merendeel van de geplande projecten in 2021 gestart, tot uitvoering gebracht en gereed. De projecten die in 2021 zijn opgestart maar nog niet zijn voltooid, worden in 2022 afgerond. De betreffende restantkredieten 2021 zullen hiervoor worden overgeheveld naar het dienstjaar 2022. 
Bij de perspectiefnota 2022 zullen de restantbudgetten van het werkprogramma 2021 worden overgebracht naar het dienstjaar 2022 en tezamen met het budget voor het werkprogramma 2022 worden geactualiseerd en gefaseerd qua uitvoering in de komende jaren.

In de eerstvolgende actualisatie(s) van het DMJOP zullen verder de financiële consequenties van de volgende nog lopende zaken en/of ontwikkelingen worden doorgevoerd:

  • Inzet van (externe) adviseurs/adviesbureaus voor regisserend en/of projectmatig uitvoeren van  verduurzamings- en klimaatadaptieve projecten;
  • De gevolgen van de keuzes in het kader van de Kadernota energie & klimaat die invloed hebben op het DMJOP en het investeringsprogramma voor energiebesparende maatregelen;
  • De gevolgen van de keuzes in het kader van de Kadernota klimaatadoptatie die invloed hebben op het Klimaatadoptief Duurzaam Meerjarenonderhoudsplan (K)DMJOP en het investeringsprogramma voor klimaatadoptieve maatregelen;
  • Mogelijk (bouwkundige) aanpassingen aan gemeentelijke gebouwen om te voldoen aan de gewijzigde polisvoorwaarden van de brandverzekering voor gebouwen die zijn uitgerust met een PV-installatie in combinatie met een dak met brandbare isolatiematerialen (o.a. PIR);
  • Extra keuringsverplichtingen voor verwarmings- en airconditioningssystemen door herziene van de Europese Energy Performance of Buildings Directive (EPBD III);
  • Extra keuringsverplichtingen voor zonnepanelen en zonnestroominstallaties, conform de SCIOS Scope 12 inspectie;
  • Opnemen van maatregelen in het (D)MJOB op basis van de in 2021 opgestelde EPA-U maatwerk-adviezen.
  • Opnemen van maatregelen, voor het actualiseren energie labels op basis van opgestelde EPA-U maatwerkadviezen;
  • Opnemen van maatregelen, n.a.v. het actualiseren (en uitbreiding) van de ITS certificaten (toegankelijkheid gemeentelijke gebouwen);
  • Opnemen van maatregelen, n.a.v. de uitvoering van NEN 3140 keuringen (elektrische laagspanning installaties gemeentelijke gebouwen);
  • Opnemen van maatregelen, n.a.v. de uitvoering RI&E (door Monumentenwacht) met betrekking tot de graanmolen te Hapert;
  • Het verwerken van uitkomsten/keuzen welke voortkomen vanuit strategische vastgoed keuzes;
  • Uitgevoerde investeringen voor energiebesparende maatregelen (zonnestroom installaties) inclusief berekeningen van energiebesparingen en de verdeling daarvan tussen eigenaar en gebruikers (split incentives).
  • De gevolgen door de coronapandemie, met name door schaarste van (bouw)materialen en beschikbaar