Perspectiefnota nader beschouwd

Algemeen

Terug naar navigatie - Algemeen

In dit hoofdstuk wordt het meerjarenperspectief 2023-2027 toegelicht en bijgesteld aan de hand van een aantal elementen. Deze elementen worden onderstaand afzonderlijk belicht. We presenteren eerst het meerjarenperspectief van het bestaande beleid. Daarna volgen de financiële consequenties van het meerjarenprogramma. Daarna zal vervolgens inzicht worden verschaft in het geactualiseerde meerjarenperspectief na verwerking van alle in deze begroting gepresenteerde mutaties.

De perspectiefnota 2023 is het kaderstellende document op het gebied van beleid en financiën. De nota geeft een eerste schets van de beleids- en financiële ontwikkelingen voor de volgende begroting. Het uitgangspunt is dat alleen wordt gerapporteerd op beleidsrelevante afwijkingen.

In de perspectiefnota wordt een totaalinzicht van de meerjarenraming gegeven en bestaat deze uit de volgende elementen:
eerste deel

  • Beleidsmatige afwijkingen ten opzichte van de huidige begroting van ieder hoofdtaakveld betreffende uitvoering en ontwikkelingen.
  • Actualisatie en herprioritering meerjarenprogramma 2023-2027.
  • Overige nieuwe beleidsvoornemens betreffende het te voeren beleid voor de toekomst die geen uitstel kunnen dulden.
  • Indicatieve financiële consequenties van de meicirculaire 2023 en bijstelling herverdeeleffect herijking gemeentefonds.
  • Solide financieel beleid is het uitgangspunt.

tweede deel

  • Financiële vertaling mutaties op basis van financiële kaderstelling 2024.
  • Structurele doorwerking effecten jaarrekening 2022.
  • Structurele en incidentele autonome ontwikkelingen (mee – en tegenvallers) op basis van actuele begrotingsgegevens 2023.
  • Actualiteiten binnen de diverse paragrafen (bedrijfsvoering, lokale heffingen, onderhoud kapitaalgoederen, verbonden partijen, weerstandsvermogen, financiering, grondbeleid).

In de perspectiefnota wordt met deze tweedeling enerzijds inzicht gegeven in de politieke keuzes ten aanzien van het te voeren beleid voor de toekomst en anderzijds informeren we over de voortgang van de uitvoering van de lopende begroting en het actualiseren van (het inzicht in) de financiële positie van de gemeente.

Gedurende de periode van de meerjarenramingen is het loon- en prijspeil constant gehouden. Anders verwoord wil dit zeggen dat met loon- en prijsstijgingen ná 2024 (voor zowel de uitgaven als de inkomsten) geen rekening is gehouden.

De financiële resultaten van de meicirculaire 2023 zullen wij t.z.t. middels een raadsmededeling nog ter kennis brengen aan uw raad, zodat u deze kunt betrekken bij de besluitvorming over de perspectiefnota 2023.

1. Vertrekpunt meerjarenperspectief

Terug naar navigatie - 1. Vertrekpunt meerjarenperspectief

Het gemeentelijk beleid ligt vast in diverse beleidsdocumenten, dan wel geschiedt op basis van uitvoering van wettelijke taken. Vertrekpunt van deze perspectiefnota is gebaseerd op eerder door uw raad aanvaard beleid. De baten en lasten hiervan zijn meerjarig verwerkt in de meerjarenraming. Het huidige meerjarenperspectief na de 4e begrotingswijziging 2023 is als volgt:

meerjarenperspectief 2023 2024 2025 2026 2027
(bedragen x € 1.000,-)
structureel begrotingsresultaat na 4e wijziging 2023 v 3.117 v 2.089 v 2.782 v 343 v 343
incidenteel begrotingsresultaat na 4e wijziging 2023 n -160 n -133 n -153 v 33 v 33
totaal begrotingsresultaat v 2.957 v 1.956 v 2.629 v 376 v 376
(- = nadeel en + = voordeel)

2. Actualisatie en herprioritering meerjarenprogramma

Terug naar navigatie - 2. Actualisatie en herprioritering meerjarenprogramma

Het bestaande meerjarenprogramma hebben wij geactualiseerd en op onderdelen geherprioriteerd. Daarnaast zijn er een aantal nieuwe activiteiten die ons inziens ook nog een plaats moeten krijgen in het meerjarenperspectief. Deze mutaties vloeien enerzijds voort uit besluitvorming door uw raad en anderzijds door nieuwe ontwikkelingen. Hieronder zijn in tabelvorm de aanvullende financiële consequenties weergegeven.

meerjarenperspectief 2023 2024 2025 2026 2027
(bedragen x € 1.000,-)
structurele mutaties meerjarenprogramma n -102 n -445 n -1.386 n -606 n -808
incidentele mutaties meerjarenprogramma
totaal mutaties meerjarenprogramma n -102 n -445 n -1.386 n -606 n -808
(- = nadeel en + = voordeel)

-

Terug naar navigatie - -

In de Financiële verordening gemeente Bladel 2023 is geregeld dat nieuwe investeringen, waarvoor al politieke kaderstelling aanwezig is op basis van door uw raad vastgestelde beheerplannen, beleidsnotities en/of besluiten en (uitbreidings)investeringen gericht op interne bedrijfsvoering en ramingen van geringe omvang, bij de vaststelling van de begroting geautoriseerd worden. Op basis van deze criteria hebben wij de noodzakelijke en gewenste investeringen/budgetten voorzien van een A- of B-rubricering. De zgn. A-investeringen en budgetten voldoen aan de hiervoor geformuleerde criteria. Reden waarom wij uw raad voorstellen om de uitvoering van deze investeringen/budgetten voor planjaar 2023, na vaststelling van de perspectiefnota door uw raad, op te dragen aan ons college. Voor de zgn. B-investeringen zal daarentegen nog steeds afzonderlijke besluitvorming door uw raad plaatsvinden.

3. Autonome bijstellingen bestaand beleid

Terug naar navigatie - 3. Autonome bijstellingen bestaand beleid

Binnen de kaders en spelregels van de financiële kaderstelling (zie raadsvoorstel R23.016 / 23.04421) worden structurele en incidentele ontwikkelingen, knelpunten, afwijkingen of noodzakelijke aanpassingen in bestaand beleid doorvertaald naar de perspectiefnota. Hierdoor geeft de perspectiefnota inzicht in de voortgang van de beleidsdoelstellingen zoals opgenomen in de begroting en de beleidsontwikkelingen ingegeven door interne en externe factoren.
De perspectiefnota geeft de situatie per begin mei weer. De autonome mee- en tegenvallers over de eerste 4 maanden van 2023 en financiële consequenties voortvloeiende uit de jaarrekening 2022 hebben het volgende effecten op het meerjarenperspectief. De belangrijkste ontwikkelingen zijn de financiële doorwerkingen van loon- en prijsstijgingen. Met name de gemeentelijke bijdrage aan verbonden partijen stijgen daardoor exceptioneel. Behalve deze autonome loon- en prijsmutaties stijgen de gemeentelijke bijdragen aan Samenwerking Kempengemeenten en KempenPlus daarnaast extra als gevolg van een aantal budgetverruimingen.

De diverse mutaties worden bij het betreffende hoofdtaakveld nader toegelicht.

De structurele voor- en nadelen worden voor een belangrijk deel veroorzaakt door de navolgende belangrijkste afwijkingen, te weten:
Nadelen:
- actualisatie en herprioritering meerjarenprogramma
- actualisatie rente kort en lang geld

- actualisatie lonen (raad/college en ambtelijke organisatie) a.g.v. hogere loonmutaties (inclusief gevolgen van het nieuwe CAO)
- actualisatie dekkingsreserve kapitaallasten investeringen
- bijdrage Samenwerking Kempengemeenten o.b.v. begroting 2024
- bijdrage Veiligheidsregio o.b.v. begroting 2024
- onderhoud sportvelden

- rooien en planten bomen / groenbestek KempenPlus o.b.v. groenbeheerplan
-
inkomensvoorzieningen (BUIG / participatie o.b.v. actualisatie KempenPlus)
- bijdrage KempenPlus o.b.v. begroting 2024
- uitvoering wet maatschappelijke ondersteuning door MD
- bijdrage GGD o.b.v. begroting 2024
- uitvoering klimaatadaptie
- bijdrage ODZOB o.b.v. begroting 2024

Voordelen:
- vrijval deelbudget Opnieuw verbinden (dekking begroting 2024 GRSK)
- actualisatie afschrijvingen  / stelpost rentelasten
- opbrengst onroerende zaakbelastingen (indexering tarieven)
- actualisatie accressen en maatstaven algemene uitkering
- vrijval stelpost lonen en prijzen
- opbrengst toeristenbelasting (arbeidsmigranten)
- uitvoering jeugdhulp door MD

In dit perspectief zijn de consequenties van de meicirculaire slechts deels (anticiperend) verwerkt. Wij verwachten dat de meicirculaire 2023 eind mei ontvangen wordt. Zodra de meicirculaire door ons doorgerekend is, zullen wij de financiële resultaten hiervan ter kennis brengen van uw raad, zodat deze betrokken kan worden bij de besluitvorming over deze perspectiefnota.

meerjarenperspectief 2023 2024 2025 2026 2027
(bedragen x € 1.000,-)
mutaties perspectiefnota structureel (incl. reserves) n -1.165 v 30 n -524 v 549 v 399
mutaties perspectiefnota incidenteel (incl. reserves) n -34 n -51 v 4 v 37 v 22
totaal mutaties perspectiefnota n -1.199 n -21 n -520 v 586 v 421
(- = nadeel en + = voordeel)

4. Geactualiseerd meerjarenperspectief

Terug naar navigatie - 4. Geactualiseerd meerjarenperspectief

Na de hiervoor genoemde (doorlopende) activiteiten 1 t/m 3 wordt in onderstaand overzicht het geactualiseerde meerjarenperspectief gepresenteerd.

Deze mutaties zijn in hoofdstuk 4 van de perspectiefnota uitgewerkt en samengevat in hoofdstuk 6. Het financiële beeld dat uit deze onderdelen samen naar voren komt is het volgende:

Geactualiseerd meerjarenperspectief (bedragen x € 1.000,-) 2023 2024 2025 2026 2027
structureel:
begrotingsresultaat na 4e wijziging 2023 v 3.117 v 2.090 v 2.781 v 343 v 343
mutaties perspectiefnota n -1.165 v 30 n -524 v 549 v 399
mutaties meerjarenprogramma n -102 n -446 n -1.387 n -606 n -808
structureel meerjarenperspectief a v 1.850 v 1.674 v 870 v 286 n -66
incidenteel:
begrotingsresultaat na 4e wijziging 2023 n -160 n -133 n -153 v 33 v 33
mutaties perspectiefnota n -34 n -51 v 5 v 37 v 22
mutaties meerjarenprogramma 0 0 0 0 0
incidenteel meerjarenperspectief b n -194 n -184 n -148 v 70 v 55
totaal begrotingsresultaat a+b v 1.656 v 1.490 v 722 v 356 n -11
reeds geraamde mutaties algemene reserve n -2.957 n -1.956 n -2.629 n -376 n -376
aanvullende mutaties tlv / tgv algemene reserve n -1.301 n -466 n -1.907 n -20 n -387
(- = nadeel en + = voordeel)

5. Actueel beeld beschikbare algemene reserve

Terug naar navigatie - 5. Actueel beeld beschikbare algemene reserve

In dit onderdeel geven wij u een actueel beeld van de geschatte stand van de algemene reserve voor de periode 2023-2027. In dit overzicht is rekening gehouden met de voorgestelde resultaatbestemming van de jaarrekening 2022, waarbij een netto toevoeging aan de algemene reserve van € 7.069.000,-  voorgesteld is. Tevens is - zoals gebruikelijk - rekening gehouden met de toevoegingen en onttrekkingen aan de algemene reserve op basis van de al eerder door uw raad genomen besluiten hiertoe.

Binnen het huidige beleid is bepaald dat de ratio algemene reserve minimaal 1 (= kwalificatie voldoende) dient te zijn. Ten aanzien van de geraamde stand van de algemene reserve willen wij -met nadruk- niet onvermeld laten dat het vooralsnog geprognosticeerde resultaten betreffen. Daadwerkelijke bestedingsvoorstellen dienen steeds beoordeeld te worden aan de werkelijke gerealiseerde resultaten. In de vastgestelde nota’s weerstandsvermogen en risicomanagement, alsmede reserves en voorzieningen is bepaald dat bestedingsvoorstellen ten laste van de algemene reserve slechts zijn aan te bevelen, wanneer er middelen resteren boven de omvang van de risicoprofielen. 

Het meerjarig geprognosticeerde verloop van de algemene reserve kan dan als volgt weergegeven worden:

(bedragen x € 1.000,-) begroting 2023 begroting 2024 begroting 2025 begroting 2026 begroting 2027
a. totaal noodzakelijke omvang (weerstandsvermogen) 942 942 942 942 942
b. geïnventariseerde risico's (gemiddeld) 673 673 673 673 673
c. stand algemene reserve begin van het jaar 13.719 14.146 15.286 14.760 14.768
d. stand algemene reserve eind van het jaar 14.146 15.286 14.760 14.768 14.757
e. algemene reserve (vrije ruimte eind van het jaar): d - a 13.204 14.344 13.818 13.826 13.815
f. ratio algemene reserve eind van het jaar d / a 15,02 16,23 15,67 15,68 15,67
g. betekenis uitstekend uitstekend uitstekend uitstekend uitstekend