11 Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien

Algemeen

Terug naar navigatie - Algemeen

Gemeente Bladel voert een solide financieel beleid. We doen geen uitgaven die we niet kunnen betalen en kiezen voor goede lange termijn investeringen. Door realistisch te begroten en regelmatig te rapporteren, houden we grip op onze financiën. We spannen ons in om de gemeentelijke lasten voor onze inwoners op een laag niveau te houden. 

Meerjarenprogramma

Terug naar navigatie - Meerjarenprogramma

Taakstelling middels stofkammaatregelen
De meerjarenraming heeft de afgelopen jaren geleid tot een ophoging van de budgetten voor bestaand beleid. Enerzijds als gevolg van aanpassingen aan de oplopende prijsstijgingen en anderzijds door de doorwerking van beleidsmatige keuzes. Desalniettemin bestaat bij het college de stellige indruk, mede gelet op de relatief hoge rekeningsaldi van de afgelopen jaren, dat er nog “lucht” zit in de wijze van raming voor diverse begrotingsposten. We willen daarom alle posten van de begroting nogmaals tegen het licht houden. We kiezen er voor om dat deel van de onderbestedingen van de budgetten gedurende de jaren 2020 t/m 2022, afgezet tegen de in de meerjarenraming geraamde budgetten, structureel af te ramen. Het gaat om een groot aantal maatregelen, die per stuk soms beperkte besparingen opleveren, maar alles bij elkaar toch een aanzienlijk bedrag. Voor deze stofkammaatregelen gaan we in eerste instantie uit van een taakstelling van € 300.000,-. We streven ernaar om deze taakstelling voor de begroting 2024 gerealiseerd te hebben.

Extra OZB verhoging
Bij het opstellen van de perspectiefnota 2023 is duidelij
k geworden dat er tekorten gaan ontstaan, voornamelijk door de beoogde negatieve effecten om het gemeentefonds niet langer meer via de normerings-systematiek 'samen de trap op en samen de trap af' te indexeren. Er wordt alleen nog compensatie voor loon- en prijsontwikkelingen verstrekt, geen volume accres. Dit leidt voor de laatste twee planjaren (de zgn ravijnjaren) tot aanzienlijke structurele nadelen. 
Door deze nieuwe financieringssystematiek is het nu al duidelijk dat de financiële positie van onze gemeente onder zware druk komt te staan. We willen Bladel allemaal graag houden zoals het bekend staat, een prettige en veilige woongemeente met veel verenigingen en voorzieningen. We willen voorkomen dat we ons in allerlei bochten moeten wringen om onze (meerjaren)begroting rond te krijgen en noodgedwongen op voorzieningen moeten bezuinigen. Daarom acht het college het noodzakelijk om naast de trendmatige verhoging van 3,1% de OZB-tarieven extra te verhogen met 4,9%. 

De mutaties vanuit het meerjarenprogramma hebben pro saldo het navolgende verloop:

A/B omschrijving investeringen budgettaire lasten / baten
(bedragen x € 1.000,-) 2023 2024 2025 2026 2027 2023 2024 2025 2026 2027
A Taakstelling middels stofkammaatregelen 150 300 300 300 300
B Extra verhoging tarieven onroerende zaakbelastingen met 4,9% 244 244 244 244
totaal lasten algemene dekkingsmiddelen 150 544 544 544 544

Bijstelling budgetten

Terug naar navigatie - Bijstelling budgetten

Toelichting bijstelling budgetten

Actualisatie rente / afschrijving / stelpost rentelasten
Betreft actualisatie van de kapitaallasten van de geactualiseerde en bijgestelde investeringen. De lage rentetarieven zijn onder invloed van de oplopende inflatie opgelopen. De afschrijvingslasten vallen daarentegen (zeker de eerste jaren) lager uit. Dit wordt met name veroorzaakt doordat het gemeenschapshuis aan de Markt naar verwachting eind 2024 gereed zal komen. Op grond van het vastgestelde afschrijvingsbeleid starten we dan pas met ingang van 2025 met afschrijven.

In de begroting 2023 hebben wij een stelpost opgenomen voor de rentenadelen vanaf 2023. In de begroting 2023 is namelijk nog rekening gehouden met een rentepercentage van 0,75% voor eventuele nieuw aan te trekken geldleningen. De lage rentetarieven zijn onder invloed van de oplopende inflatie echter opgelopen, onder andere veroorzaakt door de naweën van corona, verstoringen in de productieketens en de oorlog in Oekraïne. In deze perspectiefnota is het rentepercentage geactualiseerd naar 3% in 2023 en 3,5% vanaf 2024. Dit leidt vanzelfsprekend tot hogere rentelasten voor de jaren vanaf 2023. De in de begroting 2023 opgenomen stelpost laten we nu deels vrijvallen ten gunste van de hogere rentelasten vanaf 2023. 

Opbrengsten OZB
In 2023 moeten we rekening houden met een lagere autonome belastingopbrengst van eigenaren en gebruikers van woningen en niet-woningen van circa € 47.000,-. De structurele lagere opbrengst loopt terug naar circa € 18.000,- in 2026 en stijgt vanaf 2027 weer met € 10.000,-. Dit wordt veroorzaakt door de geactualiseerde lagere WOZ-waarden van woningen en niet-woningen (als gevolg van de bijgestelde prognose). Naast deze geactualiseerde autonome opbrengsten wordt de opbrengst onroerende zaakbelastingen vanaf 2024, op basis van de vastgestelde financiële kaderstelling (zie R23.0016) met een inflatiecorrectie van 3,10% verhoogd. Dit leidt tot een structurele hogere belastingopbrengst OZB van circa € 156.000,-.

Algemene uitkering
De algemene uitkering uit het gemeentefonds is de grootste inkomstenbron van de gemeente. De algemene uitkering wordt door het rijk op grond van bepaalde maatstaven toegerekend aan de gemeenten, zoals het aantal inwoners, de oppervlakte van de gemeente en het aantal uitkeringsgerechtigden. Gemeenten ontvangen op drie tijdstippen in het jaar de informatie over de gemeentefondsuitkeringen: in mei op basis van de Voorjaarsnota van het rijk, in september op basis van de Miljoenennota van het rijk en in december, ter afronding van het lopende jaar, op basis van de Najaarsnota van het rijk. Het geld dat via de algemene uitkering wordt ontvangen is vrij inzetbaar. De algemene uitkering is de afgelopen periode op verschillende momenten geactualiseerd wat leidt tot budgettaire consequenties. 

Op 21 december 2022 is, op basis van de Najaarsnota van het rijk, de decembercirculaire van het gemeentefonds verschenen. Op basis van de decembercirculaire zijn de ontwikkelingen ten aanzien van de algemene uitkering vertaald naar de Bladelse situatie (zie RM22.085). De actualisatie en doorrekening van de algemene uitkering naar aanleiding van de decembercirculaire 2022 leidt tot een structureel voordeel voor de jaren 2023 tot en met 2027. Daarnaast ontvangen we  in 2024 een vergoeding in de algemene uitkering in het kader van de bommenregeling. De kosten hiervan worden in 2023 gemaakt en verantwoord. Bij het beleidsveld 'Veiligheid' worden de betreffende onderzoekskosten kort toegelicht. 

Daarnaast is de algemene uitkering door ons, als voorloper op de meicirculaire 2023, opnieuw doorgerekend. Hierbij is de algemene uitkering geactualiseerd naar de geprognotiseerde uitkering uit het gemeentefonds en de bijgestelde uitgangspunten uit de financiële kaderstelling (zie R23.0016). In de Voorjaarsnota 2023 heeft het kabinet aangekondigd een extra prijsbijstelling over 2022 uit te keren in verband met de uitzonderlijke prijsstijgingen in 2022. De verdeling wordt in de meicirculaire 2023 bekend gemaakt. Het Centraal Planbureau (CPB) heeft op 9 maart 2023 het Centraal Economisch Plan (CEP) 2023 gepubliceerd. Het CPB raamt in het CEP 2023 een hogere loon- en prijsstijging voor consumptie en investeringen voor de jaren 2023 en 2024 dan in eerdere ramingen. Als gevolg van de verwachte compensatie voor de hogere loon- en prijsontwikkeling is de algemene uitkering geactualiseerd. Samen met de bijgestelde uitgangspunten leidt dit tot aanzienlijke structurele voordelen voor de jaren 2023 tot en met 2026. Vanaf 2027 wordt het voordeel overigens aanzienlijk minder. In de septembercirculaire 2022 heeft het kabinet aanvullend eenmalig 1 miljard euro voor gemeenten beschikbaar gesteld voor 2026, vooruitlopend op de nieuwe financieringssystematiek. In de Voorjaarsnota 2023 van het  kabinet wordt aangekondigd dat dit bedrag nu vanaf 2027 structureel beschikbaar komt, welke in de komende meicirculaire financieel vertaald zal worden. In deze perspectiefnota hebben wij hier reeds voor een belangrijk deel op voorgesorteerd.

Het rijk heeft in de Voorjaarsnota 2023 ook aangegeven extra geld uit te trekken voor de compensatie van de hogere energiekosten. Gemeenten en provincies krijgen structureel indicatief 300 miljoen euro erbij om publieke en maatschappelijke instellingen te compenseren. Het definitieve bedrag zal in de meicirculaire 2023 bekend worden gemaakt. Hoewel het in beginsel vrij te besteden middelen zijn zullen wij bij de financiële vertaling hiervan voor onze gemeente t.z.t. eventuele bestedingsvoorstellen doen.

Stelpost lonen en prijzen
In eerdere ramingen hebben wij een stelpost opgenomen voor hogere lonen en prijzen vanaf 2023. In deze stelpost zijn onder andere de volgende loon- en prijsstijgingen opgenomen:

  • verwachte loonstijgingen in de nieuwe CAO per 1 januari 2023
  • extreme prijsstijgingen als gevolg van de oorlog in Oekraïne
  • doorbelaste loon- en prijsstijgingen van o.a. aannemers, samenwerkingsverbanden, verbonden partijen en gesubsidieerde instellingen.

De werkelijke loon- en prijsstijgingen zijn in deze perspectiefnota verwerkt. De eerder geraamde stelpost valt nu gedeeltelijk vrij ten gunste van de hogere lonen en prijzen in deze perspectiefnota. Een gedeelte van de stelpost blijft staan voor de hogere lonen en prijzen vanaf 2024, namelijk € 500.000,- structureel.

Taxatiekosten / bezwaarschriften / WOZ
De taxatiekosten in het kader van de Wet WOZ stijgen ingaande 2023 met € 25.000,- als gevolg van het nieuw gesloten contract voor 5 jaar met TOG Nederland B.V. en een toename van het aantal woningen en niet-woningen. Daarnaast worden als gevolg van de aanslagoplegging 2023 WOZ circa 250 informele en circa 900 formele bezwaarschriften verwacht tegen de opgelegde waardebepalingen per 1 januari 2022. Veel ervan worden ingediend door no cure, no pay-bedrijven. Slechts een klein gedeelte hiervan (2,5%) kan binnen de raming van het nieuwe contract worden afgewikkeld. Voor de resterende bezwaarschriften worden de extra afhandelings- en uitvoeringskosten voor het jaar 2023 geraamd op € 50.000,-.

Onvoorziene uitgaven
We hebben de post onvoorziene uitgaven eenmalig verlaagd met € 6.000,-. Met deze verlaging worden eenmalige exploitatie-uitgaven tot dit bedrag gedekt.

Dividenduitkering BNG
De Algemene Vergadering van Aandeelhouders (AvA) heeft besloten een winstuitkering te doen van 50% van de winst 2022. Dit is € 12.000,- lager dan waar we rekening mee hebben gehouden. BNG behoort overigens tot de meest kredietwaardige banken ter wereld (de huidige ratings zijn AAA), zodat BNG financiering kan aantrekken tegen scherpe tarieven. BNG is ook onze huisbankier.

Vennootschapsbelasting (Vpb)
Op basis van een voorlopige aanslag Vpb houden we rekening met een hogere Vpb-last van € 150.000,-.

De autonome ontwikkelingen voor het bestaande beleid hebben pro saldo het navolgende verloop:

omschrijving i/s budgettaire voordelen / nadelen
(bedragen x € 1.000,-) 2023 2024 2025 2026 2027
act.afschrijvingen, (stelpost) rente kort en lang geld s 486 798 -32 26 24
onr.zaakbelastingen: index 3,1% / autonome groei s -47 86 89 136 166
algemene uitkering actualisatie obv dec.circulaire s 55 32 31 28 28
algemene uitkering actualisatie obv actualisatie ppn s 882 2.296 2.255 2.361 1.124
algemene uitkering actualisatie obv voorjaarsnota Rijk s 921
algemene uitkering bommenregeling (kosten 2023) s 31
stelpost lonen en prijzen s 1.011 443 458 487 487
taxatiekosten / bezwaarkosten / WOZ s -75 -25 -25 -25 -25
onvoorziene uitgaven s 6
BNG dividenduitkering 2022 i -12
vennootschapsbelasting s -150
overige afwijkigen i -1 -3 -2 -4 -4
mutaties algemene dekkingsmiddelen 2.155 3.658 2.774 3.009 2.721
(- = nadeel en + = voordeel)

Samenvatting financiële consequenties

Terug naar navigatie - Samenvatting financiële consequenties

Na de hiervoor genoemde (doorlopende) activiteiten volgt in onderstaand overzicht “Wat het mag kosten?”

Begroting Wijziging Begroting 2021 Mutatie meerjarenraming
(bedragen x € 1.000,-) 2023 ppn na wijziging 2024 2025 2026 2027
Lasten
algemene dekkingsmiddelen -1.684 n 1.364 v -320 n 1.333 v 408 v 464 v 486 v
Totaal lasten -1.684 n 1.364 v -320 n 1.333 v 408 v 464 v 486 v
Baten
algemene dekkingsmiddelen 44.239 v 941 v 45.180 v 2.870 v 2.909 v 3.089 v 2.779 v
Totaal baten 44.239 v 941 v 45.180 v 2.870 v 2.909 v 3.089 v 2.779 v
Geraamd saldo van baten en lasten 42.555 v 2.305 v 44.860 v 4.203 v 3.317 v 3.553 v 3.265 v
(- = nadeel en + = voordeel)