Volksgezondheid en milieu

Onze gemeente vindt het belangrijk de gezondheid van hun burgers te beschermen en te bevorderen, wanneer burgers daar zelf niet toe in staat zijn.

Algemeen

Terug naar navigatie - Algemeen

Elke burger krijgt een gelijke kans op een gezond leven, ongeacht zijn sociaal economische status. Het leefmilieu in onze gemeente is gezond.
Als gemeente willen een gezond leefmilieu en in het bijzonder de zorg voor milieu, reiniging, afvalstoffenverwijdering en riolering bevorderen en in stand houden. Uitgangspunt is dat de vervuiler betaalt.

Meerjarenprogramma

Terug naar navigatie - Meerjarenprogramma

Klimaatadaptatie (formatie-uitbreiding)
De gemeenteraad heeft eind 2021 keuzes gemaakt ten aanzien van het ambitieniveau voor een klimaatadaptieve gemeente. Er is gekozen voor een relatief hoog ambitieniveau. In de loop van 2022 zal een kadernota worden aangeboden waarin de keuzes in beleid zijn verwerkt. Daarna wordt een uitvoeringsprogramma vastgesteld. Voor de uitvoering van het nieuwe beleid is nog geen ambtelijke capaciteit beschikbaar. Om invulling te geven aan de extra ambities vragen we u structureel 0,8 fte  uitbreiding van capaciteit te faciliteren.  In het regeerakkoord van VVD, CDA, D'66 en ChristenUnie zijn voor o.a. klimaat en milieu extra middelen opgenomen. Het is aannemelijk dat we via de algemene uitkering (meicirculaire) extra uitkering krijgen van het rijk voor de uitvoering van klimaat(adaptie).Dit biedt dan t.z.t. ruimte voor de dekking van de extra loonkosten.

Oprichten digitaal grondwaternetwerk
Sinds 2008 hebben gemeenten een zorgplicht voor grondwater. Dit betekent dat de gemeente het eerste aanspreekpunt is voor perceeleigenaren bij grondwaterproblemen en dat de gemeente maatregelen treft in het openbare gebied om structurele nadelige gevolgen van de grondwaterstanden zoveel mogelijk te voorkomen of te beperken. Voorwaarde hierbij is dat de te treffen maatregelen doelmatig zijn en niet tot de zorg van het waterschap of de provincie behoren. 
Grondwaterproblemen kennen in de praktijk diverse oorzaken en oplossingen: toename van neerslag, onvoldoende oppervlaktewater of een te hoog oppervlaktewaterpeil, storende bodemlagen, stopzetting van grondwateronttrekkingen en vervangingen van de oude riolen. Inzicht in de grondwatersituatie binnen het bebouwde gebouwde gebied is essentieel om te kunnen onderzoeken of de overlast wordt veroorzaakt door te hoge grondwaterstanden. Daarnaast kan door monitoring nagegaan worden of de grondwateroverlast een incidenteel of een structureel karakter heeft.
Om invulling te geven aan de zorgplicht grondwater heeft de gemeente in 2010 besloten een grondwatermeetnet op te richten. In de loop der jaren is het meetnet aangepast door bijvoorbeeld uitbreiding, projectgebonden onderzoek, of zijn meetpunten beschadigd, etc. Om deze reden hebben we een nieuw ontwerp grondwatermeetnet opgesteld. De oprichting/optimalisatie van het nieuwe digitale grondwatermeetnet willen vervolgens gezamenlijk met de gemeente Bergeijk aanbesteden onder aansturing van Brabant Water. Ook wil de gemeente de grondwaterdata ontsluiten via de Basisregistratie Ondergrond (BRO) die weer gekoppeld is met de Landelijke Voorziening (LV). Voor de eenmalige aanschafkosten van dataloggers en grondwaterpeilbuizen wordt een krediet van  € 84.000,- nodig geacht. De kapitaallasten zullen ten laste van de voorziening egalisatie riolering worden gebracht.  De lasten worden ook verdisconteerd in de tarieven voor de rioolrechten.

Aankoop grond tbv grondstoffencentrum 
Met de vaststelling van de Kadernota Grondstoffen in het eerste kwartaal van 2019, hebben de Kempengemeenten gezamenlijk een stap gezet naar een Circulaire Kempengemeenschap. In die kadernota was o.a. ook als doelstelling opgenomen om te komen tot een Kempisch grondstoffencentrum op een centraal gelegen locatie. Hoewel die doelstelling onderschreven wordt door alle gemeenten hebben Bergeijk en Oirschot om moverende redenen toch besloten om daarin niet te participeren. Daarop hebben de gemeenten Bladel, Eersel en Reusel-De Mierden (RdM) besloten om gezamenlijk verder te gaan. Op basis van een locatie-onderzoek hebben de raden van die gemeenten in april/mei 2021 in principe gekozen voor vestiging van het grondstoffencentrum op het Kempisch BedrijvenPark (KBP). In RdM ging dat gepaard met een amendement en een motie. Ook uw raad heeft een motie aangenomen waarin het college wordt opgedragen om:

  • een omgevingsdialoog op te starten met de directe omgeving zowel op het KBP als met de  bewoners aan de zuidoost kant van Hapert; 
  • mogelijke overlast ten aanzien van verkeersbewegingen, geur, geluidshinder en overlast van  ongedierte in beeld te brengen;
  • vooraf te formuleren aan welke beeldkwaliteitseisen voldaan moet worden; 
  • in beeld te brengen wat de financiële gevolgen zijn van het nieuwe grondstoffencentrum voor  de gemeente Bladel, voor de inwoners van de gemeente Bladel en voor de poorttarieven; 
  • de uitkomsten hiervan te verwerken in en toe te voegen aan een raadsvoorstel over het totaalplan met betrekking tot het grondstoffencentrum dat samen met een kredietvoorstel ter besluitvorming aan de gemeenteraad wordt voorgelegd.

In dit voorstel dat op 7 juli 2022 aan uw raad zal worden voorgelegd presenteren wij u de uitkomsten van het uitgevoerde “Haalbaarheidsonderzoek  grondstoffencentrum de Kempen” op het KBP. Behalve een voorlopig ontwerp zijn daarin ook de businesscases van de verschillende onderdelen opgenomen. Tevens is in dit voorstel ook beschreven op welke wijze wij uitvoering hebben gegeven aan de motie.

Onder voorbehoud van instemming door de 3 gemeenteraden met de uitkomsten van het haalbaarheidsonderzoek grondstoffencentrum de Kempen en deelname aan het gezamenlijk grondstoffencentrum, wordt voorgesteld om alvast een krediet voor het aandeel van Bladel in de hiervoor benodigde aankoop van een perceel beschikbaar te stellen.  Na besluitvorming  door de 3 gemeenteraden kan een perceel tot een kostprijs van maximaal € 708.000,- definitief worden aangekocht voor wat betreft het aandeel van de gemeente Bladel.

Aanleg waterbergingsgebied
Samen met de gemeente Reusel-De Mierden leggen we een waterbergingsgebied aan nabij Hoeven 26 in Reusel. In een gesloten samenwerkingsovereenkomst zijn heldere afspraken gemaakt over kosten- en taakverdeling. Voor de grondverwerving van het waterbergingsgebied wordt een bedrag van € 185.000,-  geraamd, gebaseerd op de oppervlakte en de prijs van akkerbouwgrond. Voor de planologische wijziging en projectbegeleiding is een raming gemaakt van € 15.000,- waarvan 50% voor rekening van de gemeente Bladel komt. Voor de aanleg van het waterbergingsgebied wordt voorgesteld hiervoor een krediet van € 192.000,- beschikbaar te stellen. De lasten hiervan zijn reeds verdisconteerd bij de geactualiseerde kapitaallasten (zie algemene dekkingsmiddelen). De lasten worden ook verdisconteerd in de tarieven voor de rioolrechten. 

Uitvoering GRP 2021
In 2021 hebben we van Waterschap De Dommel € 124.000,- subsidie ontvangen om hiermee de aanleg van klimaatbuffers te stimuleren.  Door zo’n buffer kan regenwater infiltreren in de grond en wordt bij een heftige regenbui wateroverlast voorkomen. Door deze ontvangen subsidie moet het krediet met  het aangegeven bedrag dienovereenkomstig verhoogd te worden om hiermee de extra investeringsuitgaven op te kunnen vangen. Wij stellen voor om hiervoor een aanvullend krediet beschikbaar te stellen van € 124.000,-.

Uitvoering GRP 2022-2026
Eind 2020 is door uw raad het Gemeentelijk Rioleringsplan Bladel 2021-2025 vastgesteld (R20.120). In het GRP zijn rioleringsmaatregelen geactualiseerd voor de planperiode 2022-2026. Het betreft de concrete uitvoeringsmaatregelen die nodig zijn om te voldoen aan de zorgplicht. De investeringsramingen  worden inflatoire aangepast met een gemiddeld percentage van 6,4%. De extra investering die moet worden gedaan om de plannen binnen het GRP ten uitvoer te laten brengen bedraagt ca. € 130.000,-.  Op basis van het vigerende beleid worden de geplande investeringen voor 2026 toegevoegd aan de planperiode.  De lasten worden verdisconteerd in de rioolheffingen.

De mutaties vanuit het meerjarenprogramma hebben pro saldo het navolgende verloop:

A/B omschrijving investeringen budgettaire lasten / baten
(bedragen x € 1.000,-) 2022 2023 2024 2025 2026 2022 2023 2024 2025 2026
A Formatie-uitbreiding tbv klimaatadaptie -34 -68 -68 -68 -68
A Oprichten digitaal grondwatermeetnet -84
A Aankoop grond tbv grondstoffencentrum -708
A Aanleg waterbergingsgebied -192
A Aanleg waterbergingsgebied: rioolrechten
A uitvoering GRP 2021: vervanging riolering -124
A Uitvoering GRP 2026: vervanging riolering -130 -130 -130 -2.170 -4 -7 -11 -73
A Uitvoering GRP 2026: rioolrechten 4 7 11 73
totaal lasten volksgezondheid en milieu -1.108 -130 -130 -130 -2.170 -34 -68 -68 -68 -68

Bijstelling budgetten

Terug naar navigatie - Bijstelling budgetten

Toelichting bijstelling budgetten

Project Kempenbranie / Jeugd aan Zet
Als vervolg op het leertraject IJslandse preventie-aanpak zal in 2022 het project Kempenbranie worden opgestart met een looptijd van 4 jaar tot en met het jaar 2025. De projectkosten voor Kempenbranie bestaan uit een jaarlijkse bijdrage per gemeente voor de begeleiding door het Trimbos instituut. De activiteitenkosten betreffen de kosten voor projecten, interventies en acties zoals omschreven in het jaarplan en dienen nog nader te worden geraamd.

Basisgezondheidszorg
Op basis van de concept-begroting 2023 van de GGD Brabant-Zuidoost (zie R22.016) waarin de integratie van de JGZ 0-4 jaar is opgenomen, stijgt de gemeentelijke bijdrage per saldo met circa € 28.000,- in de jaren 2023 t/m 2025 en stijgt de bijdrage met € 45.000,- in 2026. De stijgingen worden voornamelijk veroorzaakt door regulier loon- en prijsstijgingen.

Preventieakkoord
We hebben van het rijk een specifieke uitkering van € 20.000,- ontvangen welke bestemd is voor de uitvoering van het door de kerngroep ondersteuningsprogramma Lokale Preventieakkoorden VNG goedgekeurde preventieakkoord of preventieaanpak. De activiteiten waarvoor de uitkering wordt verleend, moeten uiterlijk zijn verricht op 31 december 2022. Deze activiteiten staan vermeld in het lokale preventieakkoord of preventieaanpak. Deze lokale Preventieakkoorden en aanpakken richten zich op het terugdringen van roken, problematisch alcoholgebruik en overgewicht. De middelen zonderen we hiervoor af.

Uitvoeringsprogramma Energie en Klimaat
Het college van B&W heeft in opdracht van de gemeenteraad een uitvoeringsprogramma Energie en Klimaat vastgesteld. De hieruit voortvloeiende lasten hebben we opnieuw geherprioriteerd. 

Afvalinzameling
Ten behoeve van de voorbereidende werkzaamheden voor het nieuw grondstoffencentrum is in 2021 een budget van € 60.000,- beschikbaar gesteld. Het restantbudget ad € 43.000,- is abusievelijk niet opgenomen in het traject van de budgetoverhevelingen 2021 en zal daarom afzonderlijk weer worden geraamd voor het jaar 2022. In 2021 is een voorbereidingsbudget beschikbaar gesteld van € 60.000,- voor o.a. het uitvoeren van een aantal onderzoeken. Omdat veel van die voorbereidende werkzaamheden binnen de eigen ambtelijke organisaties zijn uitgevoerd, resteert daarvan nog circa € 43.000,-. Indien de raden instemmen met de definitieve aankoop van het KBP-perceel, zal zeker externe deskundigheid noodzakelijk zijn voor het vervolgtraject. In totaal worden die kosten geraamd op circa € 200.000,- te verdelen over de 3 gemeenten o.b.v. het aantal  inwoners. Voor Bladel komt dat dan neer op bijna € 80.000. Gelet op bovengenoemd restant is dan nog een aanvullend budget van € 37.000,- noodzakelijk. Deze wordt verrekend met de egalisatievoorziening afvalstoffenheffing. 

Zwerfafval staat al vele jaren hoog genoteerd in de Nederlandse lijst van grootste ergernissen. Desondanks was er (buiten het reguliere onderhoud door KempenPlus) beleidsmatig (te) weinig aandacht voor de bestrijding van zwerfafval. Dat werd anders in 2012 toen het (toenmalige) Ministerie van Infrastructuur en Milieu, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en het Verpakkende Bedrijfsleven de Raamovereenkomst Verpakkingen 2013-2022 ondertekenden. Eén van de afspraken in die overeenkomst is dat jaarlijks 20 miljoen euro (€ 1,18 per inwoner) ter beschikking wordt gesteld voor extra inzet op de preventie en aanpak van zwerfafval. Die zwerfafvalvergoeding wordt jaarlijks door producenten en importeurs van verpakte producten via het Afvalfonds Verpakkingen aan gemeenten beschikbaar gesteld voor de extra zwerfafvalactiviteiten gedurende deze looptijd. De zwerfafvalvergoeding (voor 2022: ruim € 24.000,-) ondersteunt gemeenten bij het streven naar een zwerfafvalvrije gemeente en dat heeft zeker effect gehad, maar is zeker nog geen gelopen race. De bestrijding van zwerfafval vergt een lange adem en vereist ook een structurele aanpak na 2022, want na dit jaar komt deze subsidie te vervallen.
In onze meerjarenbegroting is een structureel budget van € 24.000,- geraamd op basis van de jaarlijkse subsidie van het Afvalfonds Verpakkingen. Per saldo verlopen de lasten en baten met betrekking tot zwerfafval op dit moment budgettair neutraal. Met het wegvallen van de zwerfafvalsubsidie met ingang van het jaar 2023 komt de dekking van het budget structureel te vervallen. Handhaving van een uitgavenbudget ad € 24.000,- ten behoeve van de bestrijding van zwerfafval betekent een jaarlijkse lastenstijging tot eenzelfde bedrag. Deze lastenstijging zal alsdan met ingang van het jaar 2023 worden doorberekend in de tarieven afvalstoffenheffing. Dit komt neer op een verhoging van circa € 3,- voor het onderdeel vastrecht.

Riolering en waterzuivering
Binnen de infrastructuur vindt een “sterke” stijging van de exploitatielasten plaats, welke zijn meegenomen bij de actualisatie van de investeringsramingen vanuit het GRP. Eenzelfde kostenstijging vindt plaats binnen de exploitatie van riolering. Uitgangspunt is een kostendekkende exploitatie.  Vanwege de doorwerking van deze kostenstijgingen moet er meer onttrokken worden aan de egalisatievoorziening riolering.

Aanpak energiearmoede
We hebben va het rijk een specifieke uitkeringen ad € 108.000,- ontvangen om hiermee de aanpak van energiearmoede te kunnen bekostigen. Deze uitkering wordt verstrekt onder voorwaarde dat deze middelen worden besteed aan ondersteuning van huishoudens (huurders en eigenaar bewoners) met een laag besteedbaar inkomen die te maken hebben met hoge energielasten als gevolg van gestegen energieprijzen in combinatie met de lagere energetische kwaliteit van de woningen. De gemeente kan de middelen die met deze beschikking beschikbaar worden gesteld gericht inzetten om deze huishoudens in een kwetsbare positie vanwege de gestegen energielasten op korte termijn te .ondersteunen bij het nemen van maatregelen om de energierekening te verlagen. De besteding van deze middelen moet op 1 mei 2023 afgerond zijn. Het is niet toegestaan de middelen als financiële compensatie uit te keren. Hiervoor wordt verwezen naar hoofdtaakveld sociaal domein.

Omgevingsdienst Zuidoost-Brabant
Het werkprogramma ODZOB 2022 geeft duidelijkheid in de verdeling van de budgetten op de verschillende basis- en verzoektaken die bij de ODZOB zijn ondergebracht. Het werkprogramma 2022 is gebaseerd op de begroting 2021 van de ODZOB en op de cijfers van de uitvoering in 2020. Bij het opstellen van het werkprogramma 2022 is geconcludeerd dat meer budget nodig is dan in de begroting 2022 van de ODZOB van 4 maart 2021 opgenomen. In 2019, 2020 en in 2021 is het aantal behandelde vergunningaanvragen fors gestegen. In 2018 bedroegen de kosten voor het behandelen van vergunningen ca € 26.000,-. Vanaf 2019 is hierin een forse stijging opgetreden; 2019 € 92.000,-, 2020 € 86.000,- en 2021 t/m oktober € 103.000,-. In 2019 en 2020 is aangenomen dat het aantal vergunningaanvragen toenam omdat er veel handhavingsverzoeken waren ingediend waardoor veehouderijen een nieuwe vergunning aan moesten vragen. Tevens zijn aanvragen voor veehouderijen een paar jaar niet in behandeling genomen. Vanaf eind 2018 nemen we die wel weer in behandeling en is een tijdelijke piek wel te verwachten. De verwachting is dat deze piek nu wel voorbij is maar we verwachten ook weer een nieuwe piek. Veel veehouderijen moeten nog een keuze maken of ze doorgaan of stoppen. Veehouderijen die door willen gaan zullen in veel gevallen ook een nieuwe vergunningaanvraag moeten doen. Het is vooraf moeilijk in te schatten om hoeveel aanvragen het zal gaan. Op basis van de huidige inzichten en de realisatiecijfers 2020 en 2021 zal naar verwachting voor het concept werkprogramma 2022 een extra budget van € 112.000,- benodigd zijn. 

Op 10 maart 2022 heeft het Dagelijks Bestuur van Omgevingsdienst Zuidoost-Brabant (ODZOB) de ontwerpbegroting 2023 en de ontwerp meerjarenraming 2024-2026 aan de gemeenteraden toegezonden. De begroting is gebaseerd op de ramingen uit de werkprogramma’s voor 2022 en het collectief programma 2022. Daarnaast is rekening met een aantal ontwikkelingen die voor een verhoging van de bijdrage per deelnemer zorgen. Het gaat daarbij om de volgende ontwikkelingen:

  • Bevoegdheidsverschuiving bodemtaken van provincie naar gemeente: in de bijdrage voor de basistaken is een toename van € 140.000,- voor de deelnemers gezamenlijk voorzien. Voor Bladel betekent dit een verhoging van ca € 14.000,- op het begrote budget basistaken.
  • Gesloten bodemenergiesystemen: in de bijdrage voor basistaken is een toename van € 220.000,- voor de deelnemers gezamenlijk voorzien. Voor Bladel betekent dit een verhoging van ca € 4.000,- op het begrote budget basistaken.
  • ROK: in de bijdrage voor basistaken is een toename van € 470.000,- voor de deelnemers gezamenlijk voorzien. Voor Bladel betekent dit een verhoging van € 41.000,- op het begrote budget basistaken. Met deze verhoging is in de gemeentelijke meerjarenraming al rekening gehouden.  
  • Positionering en versteviging accountmanagement: in de bijdrage voor basistaken is een toename van € 234.000,- voor de deelnemers gezamenlijk voorzien. Voor Bladel betekent dit een verhoging van € 5.000,- op het begrote budget basistaken.
  • Gerelateerde gemeentelijke werkzaamheden *1: in de bijdrage voor basistaken is een toename van € 715.000,- voor de deelnemers gezamenlijk voorzien. Voor Bladel betekent dit een verhoging van ca € 24.000,- op het begrote budget basistaken.
  • Nazorg inwerkingtreding Omgevingswet: in de bijdrage voor 2023 en 2024 is een toename van € 415.000,- per jaar voorzien aan het programma regionale samenwerking. Voor Bladel betekent dit een verhoging van € 7.000,- op het begrote budget collectieve taken. 

Voor de gemeente Bladel stijgt de bijdrage voor de basistaken (via werkprogramma) op basis van bovenstaande met € 88.000,- dat is exclusief de indexering ten opzichte van 2022.  De totale bijdrage voor het jaar 2023 inclusief indexering stijgt voor de gemeente Bladel met € 144.000,- ten opzichte van de huidige raming in de meerjarenbegroting. Door de VTH zal in samenspraak met ons college nog een inhoudelijke zienswijze worden ingediend bij het dagelijks bestuur van de Omgevingsdienst Zuidoost-Brabant (ODZOB) waarbij geen goedkeuring kan worden gegeven op de ontwerpbegroting 2023. In afwachting van de reactie van de ODZOB wordt vooralsnog de hogere bijdrage van € 144.000,- in deze perspectiefnota opgenomen. Voorts ramen eenmalige projectkosten voor diffus lood en toezicht energielabel C kantoren.

De autonome ontwikkelingen voor het bestaande beleid hebben pro saldo het navolgende verloop:

omschrijving i/s budgettaire voordelen / nadelen
(bedragen x € 1.000,-) 2022 2023 2024 2025 2026
projectkosten leertraject IJslands model / activiteiten Kempenbranie s -11 -7 -7 -7
bijdrage GGD (incl. Zuidzorg) s -2 -27 -28 -28 -45
inkomenoverdrachten rijk Preventieakkoord i 20
uitvoering Preventieakkoord i -20
projectkosten programma Klimaat & Energie i 38 11 -9 -9
middelen aanpak energiearmoede i 108
middelen aanpak energiearmoede: uitvoering i -108
bijdrage ODZOB obv begroting 2023 s -112 -147 -3 -7
overige kleine afwijkingen s -2 -1
mutaties volksgezondheid en milieu -89 -170 -47 -51 -46
(- = nadeel en + = voordeel)

Samenvatting financiële consequenties

Terug naar navigatie - Samenvatting financiële consequenties

Na de hiervoor genoemde (doorlopende) activiteiten volgt in onderstaand overzicht “Wat het mag kosten?”

Begroting Wijziging Begroting 2021 Mutatie meerjarenraming
(bedragen x € 1.000,-) 2022 ppn na wijziging 2023 2024 2025 2026
Lasten
volksgezondheid:
preventie -777 n -33 n -810 n -34 n -35 n -36 n -45 n
acute zorg -7 n -7 n
riolering -1.898 n -1.898 n -33 n -61 n -65 n -116 n
duurzaam grondstoffengebruik/ afval -1.801 n -55 n -1.856 n
kwaliteit van de leefomgeving:
preventie -655 n -148 n -803 n -216 n -71 n -75 n -68 n
handhaving -151 n -151 n
natuur (aanleg) -147 n -147 n
klimaat -141 n -70 n -211 n 11 v -9 n -9 n
Totaal lasten -5.577 n -306 n -5.883 n -272 n -176 n -185 n -229 n
Baten
volksgezondheid:
preventie 20 v 20 v
acute zorg
riolering 2.081 v 2.081 v 33 v 61 v 65 v 116 v
duurzaam grondstoffengebruik/ afval 2.135 v 55 v 2.190 v
kwaliteit van de leefomgeving:
preventie
handhaving
natuur (aanleg)
klimaat 108 v 108 v
Totaal baten 4.216 v 183 v 4.399 v 33 v 61 v 65 v 116 v
Geraamd saldo van baten en lasten -1.361 n -123 n -1.484 n -239 n -115 n -120 n -113 n
(- = nadeel en + = voordeel)